Jan Meulen

Jan Meulen

Mannelijk 1811 - 1860  (48 jaar)

Generaties:      Standaard    |    Verticaal    |    Compact    |    Box    |    Alleen tekst    |    (Uitgebreide)kwartierstaat    |    Voorouderwaaier    |    Media    |    PDF

Generatie: 1

  1. 1.  Jan Meulen is geboren op 20 okt 1811 in Sibculo, Hardenberg; is gedoopt op 27 okt 1811 in Vriezenveen (zoon van Jan Beltman en Johanna Mullen); is gestorven op 21 apr 1860 in Notter, Wierden.

    Andere gebeurtenissen:

    • Alias: Beltman
    • Beroep: boerenwerker
    • Permanent recordnummer: 47388

    Jan getrouwd Janna Wevers op 02 jun 1844 (Wettelijk) in Wierden. Janna (dochter van Albert Wevers en Willemiena Holleman) is geboren in 1818 in Wierden; is gestorven op 18 jun 1873 in Wierden. [Gezinsblad] [Familiekaart]


Generatie: 2

  1. 2.  Jan Beltman is geboren in 1768 in Venebrugge, Hardenberg (zoon van Harm Beltman en Hendrikjen Kleintjen); is gestorven op 16 aug 1836 in Vriezenveen, Vriezenveen.

    Andere gebeurtenissen:

    • Alias: Hekman, Meulen, Hekgeerts, Hekgevels, Beldman
    • Beroep: landbouwer, schaapherder
    • Permanent recordnummer: 37332

    Aantekeningen:

    Landbouwer in 1824, schaapherder in 1830, landbouwer in 1836.

    Woonde te Sibculo (20-10-1811, 19-08-1824); Vriezenveen, Wijk 5, Westeinde 293 (tot 16-08-1836).

    Overleden:
    Tijd: 20:00

    Jan getrouwd Johanna Mullen op 05 apr 1800 (NOTE Religie:) in Uelsen, Duitsland. Johanna (dochter van Fredrik Smit en Hendrika Fredriks) is geboren in in Sibculo; is gedoopt op 04 jan 1778 in Vriezenveen; is gestorven op 24 okt 1811 in Sibculo, Ambt Hardenberg. [Gezinsblad] [Familiekaart]


  2. 3.  Johanna Mullen is geboren in in Sibculo; is gedoopt op 04 jan 1778 in Vriezenveen (dochter van Fredrik Smit en Hendrika Fredriks); is gestorven op 24 okt 1811 in Sibculo, Ambt Hardenberg.

    Andere gebeurtenissen:

    • Alias: Janna Frederiksen Mèollen, Meulen
    • Permanent recordnummer: 37335
    • Patroniem: Fredriks

    Aantekeningen:

    Woonde te Sibculo (tot 24-10-1811).

    Overleden:
    Johanna Muelen, oud 39 jaaren gewoonde te Sibculo nalatende haar man en ses kinderen.

    Kinderen:
    1. Zwaantjen Beltman is geboren op 08 feb 1801 in Sibculo; is gedoopt op 15 feb 1801 in Vriezenveen; is gestorven op 26 feb 1860 in Vriezenveen, Vriezenveen.
    2. Hendrikjen Beltman is geboren op 20 dec 1802 in Sibculo; is gedoopt op 25 dec 1802 in Vriezenveen; is gestorven tussen 1802 en 1803.
    3. Hendrikjen Beltman is geboren op 11 dec 1803 in Sibculo; is gedoopt op 18 dec 1803 in Vriezenveen; is gestorven op 30 aug 1868 in Vriezenveen, Vriezenveen.
    4. Fredrik Beltman is geboren op 19 aug 1805 in Sibculo; is gedoopt op 25 aug 1805 in Vriezenveen; is gestorven op 17 mrt 1848 in Sibculo, Ambt Hardenberg.
    5. Klasina Beltman is geboren op 12 dec 1806 in Vriezenveen; is gedoopt op 18 jan 1807 in Vriezenveen; is gestorven op 08 jun 1852 in Sibculo, Ambt Hardenberg.
    6. Gerrit Beltman is geboren op 23 jan 1809 in Vriezenveen; is gedoopt op 29 jan 1809 in Vriezenveen.
    7. Gerritdina Beltman is geboren op 06 feb 1810 in Vriezenveen; is gedoopt op 11 feb 1810 in Vriezenveen.
    8. 1. Jan Meulen is geboren op 20 okt 1811 in Sibculo, Hardenberg; is gedoopt op 27 okt 1811 in Vriezenveen; is gestorven op 21 apr 1860 in Notter, Wierden.


Generatie: 3

  1. 4.  Harm Beltman is geboren in ( ca. 1742); is gestorven vóór 1800.

    Andere gebeurtenissen:

    • Permanent recordnummer: 37333

    Harm getrouwd Hendrikjen Kleintjen in ( ca. 1767) (NOTE Religie:). Hendrikjen is geboren in ( ca. 1742). [Gezinsblad] [Familiekaart]


  2. 5.  Hendrikjen Kleintjen is geboren in ( ca. 1742).

    Andere gebeurtenissen:

    • Permanent recordnummer: 37334

    Kinderen:
    1. 2. Jan Beltman is geboren in 1768 in Venebrugge, Hardenberg; is gestorven op 16 aug 1836 in Vriezenveen, Vriezenveen.

  3. 6.  Fredrik Smit is geboren in in Sibculo; is gedoopt op 23 dec 1736 in Vriezenveen (zoon van Gerrit Smit en Hendrikjen Jansen); is gestorven tussen 1786 en 1833.

    Andere gebeurtenissen:

    • Alias: Frerik, Fredrik Gerritsen, Garretz Smit, Mullen, Meulen, Meullen
    • Permanent recordnummer: 37161
    • Patroniem: Gerrits

    Aantekeningen:

    1772-06-21: Testament van Albert Jansen, wonende te Bruinehaar, gezond van lichaam, waarin genoemd:
    - de kinderen van zijn nicht Geese Gerritsen Smit, in echte verwekt bij haar man Geert Jansen, genaamd Gerridina, Jenneken en Jan Geerts, mitsgaders zijn neef Henderik Gerritsen Smit, als enige en universele erfgenamen;
    - zijn neef Henderik Gerritsen Smit, 250 guldens;
    - zijn nichten dochter, genaamd Jenneken Geerts, zijn kerkboek met zilveren crappen;
    - de zoon van Geert Jansen, genaamd Jan Geerts, zijn kist;
    - zijn neef Engbert Gerritsen Smit, 50 guldens;
    - Jan Gerritsen Smit, zijnde zijn neef, 100 guldens;
    - zijn neef Frerik Gerritsen Smit, 100 guldens;
    - zijn nicht Maria Gerritsen Smit, 50 guldens;
    - zijn nicht Aeltien Gerritsen Smit, 50 guldens;
    - aan Brinks Wieger, tot Egede, 2 ducaten;
    - aan Godsarmen alhier, 50 guldens [T0079_INV7_p178].

    1781-04-28: Freederik Gerrits, woont te Sibculo, broer testator, benoemd tot legataris van 200 gulden (Testament Henderik Gerrits). [Toeg0079_Inv8]

    1781-05-30: Freederik Gerrits, woont te Sibculo, broer testator, benoemd als legataris van 150 gulden (Testament Hendrik Gerrits). [Toeg0079_Inv8]

    Woonde te Bruinehaar (12-01-1771); Sibculo (24-01-1775, 04-02-1775); Vriezenveen.

    Fredrik getrouwd Hendrika Fredriks. Hendrika (dochter van Jan Fredriks en Kunniertjen Faijer) is gedoopt op 19 sep 1751 in Vriezenveen; is gestorven op 12 mrt 1833 in Vriezenveen, Vriezenveen. [Gezinsblad] [Familiekaart]


  4. 7.  Hendrika Fredriks is gedoopt op 19 sep 1751 in Vriezenveen (dochter van Jan Fredriks en Kunniertjen Faijer); is gestorven op 12 mrt 1833 in Vriezenveen, Vriezenveen.

    Andere gebeurtenissen:

    • Alias: Dike, Fredrica, Hendrika Fredriks, Janssen
    • Permanent recordnummer: 9138
    • Patroniem: Jansen

    Aantekeningen:

    1801-02-04: Den 4 februari 1801 heeft Fredrik Jansen, voor en namen zijn zuster Hendrieka Fredriks, in den 50sten pennink aangegeven de erfenis van haar wijlen broeder Jasper Fredriks, op haar gedevolveerd in het laatst van december 1800
    bestaande in een half huis, met een akker bouwland en 2 akkeren zoo weide als hoogland, een half dito dagwerk hoogland, liggende oostert, nog een halve akker turfland, liggende op de zogenoemden Supelenpluijs [T003.1_INV5711/T0079_INV45].

    Woonde te Vriezenveen (24-01-1775); Vriezenveen, Oosteinde (tot 12-03-1833).

    Overleden:
    Tijd: 12:00

    Getuigen: Berent Broertjen en Jan Smelt (beide buurman v/d overledene)

    Overleden op 87-jarige leeftijd.

    Aantekeningen:

    Ondertrouw:
    Afkondiging op 4 februari 1775 en vandaar op 17 februari 1775 met
    attestatie naar Vriezenveen vertrokken.

    Kinderen:
    1. Swaantjen Mullen is geboren in in Sibculo; is gedoopt op 25 feb 1776 in Hardenberg; is gestorven tussen 1796 en 1798.
    2. 3. Johanna Mullen is geboren in in Sibculo; is gedoopt op 04 jan 1778 in Vriezenveen; is gestorven op 24 okt 1811 in Sibculo, Ambt Hardenberg.
    3. Gerret Mullen is geboren in in Sibculo; is gedoopt op 28 apr 1782 in Vriezenveen.
    4. Gerhardina Mullen is geboren in in Sibculo; is gedoopt op 22 jan 1786 in Vriezenveen.


Generatie: 4

  1. 12.  Gerrit Smit is geboren in ( ca. 1697) in Vriezenveen (zoon van Roelof Smit en Merrighjen Engberts); is gestorven tussen 1748 en 1750.

    Andere gebeurtenissen:

    • Alias: Garret, Gerrith, Roelof Roelofsen, Roelofs Smith
    • Beroep: landbouwer op Groot Boers te Bruinehaar
    • Permanent recordnummer: 19822
    • Patroniem: Roelofs

    Aantekeningen:

    1722-08-11: Roeleff Engberts Smidt en zijn vrouw Marrie Engberts, welke verklaarden verkocht te hebben het huis, zijnde groot 4 gebondt, zullen het overige daar worden afgebroken met de grond daar het huis op staat, met de smitte en de
    slijpsteen, ook met de grond, met de noodstal met de grond, en ook zoveel het daar koper een nieuwe noodstal van kan maken, daar het vee (?) op staat, met een goorden van 100 tret roede maat, nemende zijn aanvang 25 treden tegens Coert Hinrixen
    zijnen goorden hen buijten en dan verders hen booven, in parttjen bewust met een koeweide voor de tijd hares levens, te weten zijn aankomende vourw, mara zal dan wederombij het land komen naar haar beiden dood, voor een som van 250 guldens, nog
    ook is bescheiden dat de opwerp uit de helen sloot aan de stege ten profijte zal zijn en blijven aan de kopers, tot zover als de verkochten goorden gaat, verders zo heeft hij Egbert Roeleffs Smit noch gekocht van zijn vader Roeleff Engberts Smidt
    het ambelt met de hamers, tangen, schroeven, voorts alle smids gereedschap niet uitgezonderd, voor een som van 250 guldens, tezamen 500 guldens, aan handen van Egbert Roeleffs Smidt en zijn vrouw Jennigien Engberts, verders is bescheiden dat
    koper aan zijn zus Geertjen 1,5 jaar de kost zal moeten geven, zo als zijn keuken vermag en zal koper verplicht zijn om aan zijn broer Jan het smeden te leren, zoveel als in zijn vermogen is, verders zzo is nog bescheiden, dat koper voorts hier
    zullen bij hebben enig inboedel des huizes of huisraad, verders zo is wel expresselijk bescheiden dat koper voor dezen gooden koop na dood van de ouders niet het minste zal wederom komen te erven, en wijders is nog bescheiden dat koper en
    verkoper het ijzerwerk zo tot zijn broeders Gerrids nieuwe huis zal nodig zijn, elk de halfscheid zullen moeten bekostigen, voorts zo is nog bescheiden dat verkoper keur hebben, bij wie (?) van beide bezitten van het land zij willen wonen, voorts
    zo heeft de vader voor hem bescheiden om alle 14 dagen een dag voor hem in de smitte te smeden of arbeiden voor zijn profijt van zijn eigen ijzer en kolen, en zal dien dag wezen 's maandags, zal Egbert hem als dan helpen, maar zal de vader hem
    dan wederom helpen, wijders zo is nog bescheiden dat Egbert Roeleffs Smit zoveel hout mag houwen van het land dat hij het afgebroken huis wederom kan dicht maken [T0079_INV4_p269].

    Trouwboek 1726 te Hardenberg: 22 meert 1726: Gerrit Smit, wed. uijt Hardenbergh met Hendrikje Sweers, mede aldaar. Woonde te Sibculo.

    Gerrit getrouwd Hendrikjen Jansen. Hendrikjen is geboren in ( ca. 1697) in Sibculo; is gestorven na 1750. [Gezinsblad] [Familiekaart]


  2. 13.  Hendrikjen Jansen is geboren in ( ca. 1697) in Sibculo; is gestorven na 1750.

    Andere gebeurtenissen:

    • Alias: Hendrikje, Hendrijkjen, Jenne Boers
    • Permanent recordnummer: 19981

    Aantekeningen:

    Woonde te Sibculo.

    Kinderen:
    1. Hendrik Smit is geboren in ( ca. 1723) in Vriezenveen; is gestorven na 1781.
    2. Jan Smit is geboren in in Sibculo; is gedoopt op 18 jul 1728 in Heemse; is gestorven na 1781.
    3. Gerrit Gerrits is geboren in in Sibculo; is gedoopt op 22 apr 1731 in Vriezenveen.
    4. Engbert Smit is geboren in ( ca. 1733); is gestorven na 1788.
    5. 6. Fredrik Smit is geboren in in Sibculo; is gedoopt op 23 dec 1736 in Vriezenveen; is gestorven tussen 1786 en 1833.
    6. Maria Smit is geboren in ( ca. 1740); is gestorven na 1781.
    7. Aaltjen Smit is geboren in in Bruinehaar; is gedoopt op 21 nov 1745 in Vriezenveen; is gestorven in 1805 in Vriezenveen; is begraven in Vriezenveen.

  3. 14.  Jan Fredriks is gedoopt op 18 apr 1717 in Vriezenveen (zoon van Fredrik Fredriks en Jennigjen Berkhof); is gestorven tussen 1800 en 1805 in Vriezenveen; is begraven in Vriezenveen.

    Andere gebeurtenissen:

    • Alias: Jan Fredrikz, Frederiks, Fredriksen, Freriksen, Fredrikzen
    • Beroep: boer, linnenhandelaar
    • Permanent recordnummer: 9029

    Aantekeningen:

    Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 134.

    1744-08-21: Aaltjen Feijer, weduwe van wijlen Klaas Wolters, bijgestaan met Garrijt van Olde als haar voogd, voorts Lukas Feijer en Lukas Geersen Hols als voogden over Berendina Feijer, en de rato caverende voor Jan Freriks, als getrouwd aan
    Cunnera Feijer, welke op 24 februari 1744 gerechtelijk verkocht te hebben een 3e part van het hooiland, zo van wijlen Rotgert Berens, en de weduwe Lukas Hospers door wijlen Garrijt Feijer aangekocht, onverscheiden met Jan Kruis en Roeloff
    Willems, aanvang nemende van de Oldenweg, met het anpart van het broekland van de weduwe Lukas Hospes aangekocht, gelimiteerd oostwaarts Henrik Roelofs Huisman, westwaarts Jan Berens Hoff, zo en als het wijlen Garrijt Feijer heeft aangekocht, ten
    profijte van Jan Hendriks Hols, en Jan Jansen Onweer, derzelver vrouwen en erfgenamen, voor een som van 464 guldens [T0079_INV5_p130].

    1744-08-21: Aaltjen Feijer, weduwe van wijlen Klaas Wolters, bijgestaan met Garrijt van Olde als haar voogd, voorts Lukas Feijer en Lukas Geersen Hols als voogden over Berendina Feijer, en de rato caverende voor Jan Freriks, als getrouwd aan
    Cunnera Feijer, welke op 24 februari 1744 gerechtelijk verkocht te hebben een 4e part van het hooiland, en weide grond, gelegen in wijlen Garrijt ten Caate zijn land, onverscheiden met de weduwe Hendrik Hoek, cs, beginnende van deze Kerkweg, tot
    aan de Hollandsen Graven, uitgezonderd de goorden zo Bernardus Spijker zij competerende, met de halfscheid van het houtgewas daarop staande, maar verkpers behouden de 7 beste bomen voor haar, maar zullen binnen de tijd van 10 jaren daar moeten
    worden afgehouwen, zijnde gelimiteerd oostwaarts Gerrijt Lukas, westwaarts Frerik van Olde, zo en als het wijlen Garrijt Feijer heeft aangekocht, ten profijte van Egbert Lambers en zijn vrouw, voor een som van 174 guldens [T0079_INV5_p132].

    1749-01-29: Lukas Feijer en Lukas Geersen Huls, als voogden van Berendina Gerrits Feijer, voorts Jan Freriks en zijn vrouw Kunnera Gerrits Feijer, en dan nog Harmen Egbers en zijn vrouw Aaltjen Gerrits Feijer, welke verklaarden op 7 december 1742
    verkocht te hebben aan Jan Gerrits Feijer en zijn vrouw, de volgende landerijen, als de 2 akkeren land, met daarop staande huis en timmeragie, thans door hun ... bewoond en bezeten, en dan nog een akker hoevenland, zijnde gelimiteerd aan de
    oostzijde Harmen Jansen Hols en aan de westzijde Jan Otten Aaltje (?), cs, voorts de landerijen zo op het zgn Telgenkampsland is liggende, en dan nog alle de landerijen zo op en in het zgn Geerligmansland is liggende, van welke bovengenoemde huis
    en landerijen comparanten als nu aan gesrijde (?) Jan Gerrits Feijer en zijn vrouw zijn doende gerechtelijke cessie, transport en overdracht en bekennen dat aan haar door de koper de volle daarvoor bezorgde penningen uitgezonderd hetgeen volgens
    koopcedul voor de metinge is blijven staan, zijn voldaan en betaald [T0079_INV5_p247].

    1761-09-25: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnurgjen Gerritsen Faijer, welke verklaarden ten profijte van Jan Kosters Egbertz en de compr Jan Harms Kosters, Jan ten Caate Jannesz en Thomas ten Caate en Gerrit Kosters Gerritsz als voogden over de
    nagelatene minderjarige kinderen van wijlen Harmen Kosters te doen niet alleen gerechtelijk schuldbekentenissen van zodane penningen, als zij compten aan voorst dezelven crediteuren in het gemeen en elk van dezelfe in het bijzonder, zo wegens ...
    gepasseerde obligatien, als daarbij nog nader verstrekte penningen en op dat dezes aan dezelve op 't nieuwe verkochte en afgeleverde linnens, oprecht schulding te zijn, en bij elker name nader geexpriueerd en uitgedrukt staat, namelijk aan:
    - Jan Kosters Egbertz en de comp wegens een anterieure obligatie en nader verstrekte penn 509 guldens en 10 stuivers, wegens op dato verkochte linnen 809 guldens. Tezamen 1318 guldens en 10 stuivers;
    - etc, etc.
    Comparanten stellen hypotheek met onderpand op:
    1e 4 akkers landes opvaart (?) met daarop staande behuizing en de gordens, naast de langerijen van Harmen Lucas Fik oostwaarts, Oude Geerdinkmansland, westwaarts;
    2e een akker woestenland, naast het land van Timmerman Smit ter ener, en de wedw Jan ten Brink ter anderen zijde;
    3e nog een hoeven akker westert in de woeste naast dat van de armen aan de oostzijde;
    4e 1,5 akker turfland op de Hoeve, naast dat van Wolter Schippers en Engbert Timmerman gelegen;
    5e 6 dagwerk hooiland, zijnde een halfscheid van de Deele, waarvan de wedere helft toebehoren aan Jannes Freriks en Frerick Lubbers, en laatstelijk;
    6e 3 dagwerk hooiland in de Steege, naast Jonckers Mate (?) zijn Excell den Heer van Almelo toebehorende. [T0079_INV6_p161]

    1761-09-26: Procurator Jan Fredrik Hein in kwaliteit als volmachtigen van Jan Freriks en zijn vrouw Cunnetjen Gerritsen Faijer, etc, etc. Comparanten stellen hypotheek met onderpand op 4 akkers land opgaans, met daarop staande huis en timmeragie,
    naast de landerijen van Harmen Lukas Fick oostwaarts en westwaarts Geerlinkmansland, een akker woestenland, naast het land van Timmerman Smit ter ener, en de wedw Jan Brink ter anderen zijde, nog een halve akker westert in de woeste, naast dat
    van de armen aan de oostzijde, 1,5 akker turfland op de Hoeve, naast dat van Wolter Schipper en Engbert Timmerman, 6 dagwerk hooiland, zijnde de halfscheid van de deele, waarvan de weder helft toebehoort aan Jannes Freriks en Frerick Lubbers, en
    dan nog 3 dagwerken hooiland in de Steege, naast Jonkers Milate (?). Kantlijn akte: Jan ten Caate cs bekende dat aan hem de penningen met Jan freriks voldaan en betaald zijn en waarmee de akte wordt doorgehaald op 21 juli 1769. [T0079_INV6_p166]

    1763-02-03: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnurtjen Gerrits Faijer, welke verklaarden wegens ontvangen penningen schuldig te zijn aan Gerhardus Harwig en zijn vrouw Janna Brkhoff en aan deszelfs zus Hindrikjen Barkhoff een som van 100 guldens.
    Comparanten stellen hypotheek met onderpand op een akker turfland, gelegen op de Superplus, onverscheiden met Hindrik Smelt, gelimiteerd oostwaarts dezelve en westwaarts Jan Barkhoff. Kantlijn akte: Gerigte gehouden op 10 januari 1778,
    compareerden Weled Ger Gerhardus Harwig en zijn vrouw Janna Berkhoff, welke verklaarden de penningen met interest van Jan Freriksen te hebben ontvangen, zo wordt de akker turfland weder ten prfijte van de eigenen (?) los gelaten en deze
    verzegelinge geroyeerd en vernietigd, actum 10 januari 1778. [T0079_INV6_p233]

    1764-07-21: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnera Gerritsen Faijer, welke verklaarden op 4 april 1764 verkocht te hebben 2 wanden roede maat bouwland op het westere stuk, aanvang nemende van het Buijtere land (?) of aan en dat bovenwaarts in, in de
    verkopers landerijen gelegen, ten profijte van Gerrijt Jansen Dudde en zijn vrouw, voor een som van 90 guldens en 11 stuivers. [T0079_INV6_p337]

    1764-07-21: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnera Gerritsen Faijer, welke verklaarden op 4 april 1764 verkocht te hebben 2 wanden roede maat bouwland op het westere stuk, in de verkopers landerijen gelegen, ten profijte van Lambert Nijboer en zijn
    vrouw, voor een som van 101 guldens en een stuiver. [T0079_INV6_p339]

    1764-07-21: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnera Gerritsen Faijer, welke verklaarden op 4 april 1764 verkocht te hebben 4 wanden roede maat bouwland op het westere stuk, in de verkopers landerijen gelegen, ten profijte van Hindrik Berens Smelt en
    zijn vrouw, voor een som van 177 guldens en 11 stuivers. [T0079_INV6_p340]

    1764-07-21: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnera Gerritsen Faijer, welke verklaarden op 4 april 1764 verkocht te hebben 2 wanden roede maat bouwland op het westere stuk in de verkopers landerijen gelegen, ten profijte van Hindrik Laahuis en zijn
    vrouw, voor een som van 90 guldens en 11 stuivers. [T0079_INV6_p342]

    1764-07-21: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnera Gerritsen Faijer, welke verklaarden wegens verstrekte penningen aan de Ed Jan ten Caate, cs, schuldig te zijn aan Harmen Fick en Jannes Freriks een som van 549 guldens en 12 stuivers, en aan Ad Henr
    Bartelink als bij provincie aangestelde voogd over de onmondige kinderen van Jan Freriks de som van 251 guldens, dus samen een som van 800 guldens en 12 stuivers. Comparanten stellen hypotheek met onderpand op 4 akkers lands opgaans, met daarop
    staande huis en timmeragie, exempt 10 wanden roede maat bouwland, op het westere stuk gelegen, zo bereets (?) op 4 april 1764 gerechtelijk hadden verkocht, gelimiteerd oostwaarts Harmen Fick, westwaarts Geerlinkmansland. [T0079_INV6_p344]

    1764-11-24: Hoe dat Jan Costers Egbertzoon op 19 februari 1764 gerechtelijk bij execuitie verkochte goederen en effecten toebehoord hebbende Jan Freriks en zijn vrouw Kunnera Faijer, hebben aan zich gekocht een halve akker woestenland,
    onverscheiden met Harmen Fick voor een som van 115 guldens en 11 stuivers, een een akker turfland in de Greften gelegen, beginnende van de Olden Schipsloot hen buiten voor een som van 12 guldens en 11 stuivers. [T0079_INV6_p371]

    1767-02-25: De E Jan Coster Egbtz, welke verklaarde op 22 februari 1765 verkocht te hebben een halve akker woestenland, gelegen in de westere woesten, onverscheiden met Harmen Luicas, cs, alsmede een akker turfland, genaamd De Greften, op de
    oosterhoeve, beginnende aan de Olde Schipsloot hen buiten, zo en als de verkoper op 18 februari 1764 gerechtelijk bij executoriale distractie uit de bij executie verkochten boedel van Jan Frederix en zijn vrouw Kunnera Feijer aan zich gekocht
    heeft, dat tezamen voor een som van 104 guldens en 11 stuivers, namelijk de halve woesten akker voor 92 guldens en het turfland voor 12 guldens en 11 stuivers, makende een som als vorgen vrij geld, ten profijte van Harmannus Boesschen en zijn
    vrouw [T0079_INV7_p050].

    1767-07-21: Jan Frederix en zijn vrouw Kunnera Feijer, welke verklaarden op 6 februari 1767 verkocht te hebben een bouwgoorden, gelegen achter de Waterleijdink, beginnende van de goorden van Jan Dekker en eindigende weder tot aan een goorden van
    voors Jan Dekker, gelegen in de landerijen van de verkoper, voor een som van 182 guldens, ten profijte van Lambertus Puever en zijn vrouw [T0079_INV7_p059].

    1767-07-21: Jan Frederix en zijn vrouw Kunnera Feijer, welke verklaarden op 6 februari 1767 verkocht te hebben de opslag op het westere stuk, zijnde thans veengrond, beginnende van het land van Henderik Berents Smelt, en zo bovenwaarts in, voor
    een som van 84 guldens, ten profijte van Frederik Jansen en Jan Coops, ieder voor de gerechten halfscheid [T0079_INV7_p060].

    1800-02-06: Den 6 februari 1800 heeft Fredrik Harms in den 50sten pennink aangegeven een aankoop van een huis en daar achter liggende goorden met 2 wanden bouwland op Bartelinksland, en een koeweide in Polsland met een gras goorden in het zelfde
    land, aangekocht in 1799 van de voogden van Jan Fredriks voor 940-0-0 [T003.1_INV5711/T0079_INV45].

    Zie: Verkoopakte van 21 juli 1769 door Ad. Henr. Bartelink en Klaas (?) van 2 wanden bouwland aan Jan Freriks en Cunnera Gerrits Faijer (ook in de akte genoemd: Hindrik Loohuis) [bron: Archief Vereniging Oud Vriezenveen].

    Volkstelling 27 augustus 1748 te Vriezenveen, blz. 4, nr. 8:
    Man : Jan Freriksen.
    Vrouw : Cunnera Gerrits Feijer.
    Kinderen >10 jaar : -.
    Kinderen <10 jaar : Gerrit Jansen, Jennegien Jansen.
    Dienstboden : Janna Pouwels.
    Inwonenden : Jannes Frerixen, Jasper Freriksen.

    Woonde te Vriezenveen (16-05-1745, 26-03-1747, 27-08-1748, 31-05-1749, 19-09-1751, 02-09-1753, 31-10-1756, 04-10-1759, 24-01-1762).

    Jan getrouwd Kunniertjen Faijer in ( ca. 1744) (NOTE Religie:). Kunniertjen (dochter van Gerrit Faijer en Hendrikjen Huls) is gedoopt op 30 jul 1724 in Vriezenveen; is gestorven na 1769 in Vriezenveen; is begraven in Vriezenveen. [Gezinsblad] [Familiekaart]


  4. 15.  Kunniertjen Faijer is gedoopt op 30 jul 1724 in Vriezenveen (dochter van Gerrit Faijer en Hendrikjen Huls); is gestorven na 1769 in Vriezenveen; is begraven in Vriezenveen.

    Andere gebeurtenissen:

    • Alias: Kuniera, Kuneertien, Kunnetjen, Kunnertjen, Kuniertjen, Kniertjen, Cunnera Feijer, Freijer
    • Permanent recordnummer: 9135
    • Patroniem: Gerrits

    Aantekeningen:

    Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 134.

    1744-08-21: Aaltjen Feijer, weduwe van wijlen Klaas Wolters, bijgestaan met Garrijt van Olde als haar voogd, voorts Lukas Feijer en Lukas Geersen Hols als voogden over Berendina Feijer, en de rato caverende voor Jan Freriks, als getrouwd aan
    Cunnera Feijer, welke op 24 februari 1744 gerechtelijk verkocht te hebben een 3e part van het hooiland, zo van wijlen Rotgert Berens, en de weduwe Lukas Hospers door wijlen Garrijt Feijer aangekocht, onverscheiden met Jan Kruis en Roeloff
    Willems, aanvang nemende van de Oldenweg, met het anpart van het broekland van de weduwe Lukas Hospes aangekocht, gelimiteerd oostwaarts Henrik Roelofs Huisman, westwaarts Jan Berens Hoff, zo en als het wijlen Garrijt Feijer heeft aangekocht, ten
    profijte van Jan Hendriks Hols, en Jan Jansen Onweer, derzelver vrouwen en erfgenamen, voor een som van 464 guldens [T0079_INV5_p130].

    1744-08-21: Aaltjen Feijer, weduwe van wijlen Klaas Wolters, bijgestaan met Garrijt van Olde als haar voogd, voorts Lukas Feijer en Lukas Geersen Hols als voogden over Berendina Feijer, en de rato caverende voor Jan Freriks, als getrouwd aan
    Cunnera Feijer, welke op 24 februari 1744 gerechtelijk verkocht te hebben een 4e part van het hooiland, en weide grond, gelegen in wijlen Garrijt ten Caate zijn land, onverscheiden met de weduwe Hendrik Hoek, cs, beginnende van deze Kerkweg, tot
    aan de Hollandsen Graven, uitgezonderd de goorden zo Bernardus Spijker zij competerende, met de halfscheid van het houtgewas daarop staande, maar verkpers behouden de 7 beste bomen voor haar, maar zullen binnen de tijd van 10 jaren daar moeten
    worden afgehouwen, zijnde gelimiteerd oostwaarts Gerrijt Lukas, westwaarts Frerik van Olde, zo en als het wijlen Garrijt Feijer heeft aangekocht, ten profijte van Egbert Lambers en zijn vrouw, voor een som van 174 guldens [T0079_INV5_p132].

    1749-01-29: Lukas Feijer en Lukas Geersen Huls, als voogden van Berendina Gerrits Feijer, voorts Jan Freriks en zijn vrouw Kunnera Gerrits Feijer, en dan nog Harmen Egbers en zijn vrouw Aaltjen Gerrits Feijer, welke verklaarden op 7 december 1742
    verkocht te hebben aan Jan Gerrits Feijer en zijn vrouw, de volgende landerijen, als de 2 akkeren land, met daarop staande huis en timmeragie, thans door hun ... bewoond en bezeten, en dan nog een akker hoevenland, zijnde gelimiteerd aan de
    oostzijde Harmen Jansen Hols en aan de westzijde Jan Otten Aaltje (?), cs, voorts de landerijen zo op het zgn Telgenkampsland is liggende, en dan nog alle de landerijen zo op en in het zgn Geerligmansland is liggende, van welke bovengenoemde huis
    en landerijen comparanten als nu aan gesrijde (?) Jan Gerrits Feijer en zijn vrouw zijn doende gerechtelijke cessie, transport en overdracht en bekennen dat aan haar door de koper de volle daarvoor bezorgde penningen uitgezonderd hetgeen volgens
    koopcedul voor de metinge is blijven staan, zijn voldaan en betaald [T0079_INV5_p247].

    1761-09-25: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnurgjen Gerritsen Faijer, welke verklaarden ten profijte van Jan Kosters Egbertz en de compr Jan Harms Kosters, Jan ten Caate Jannesz en Thomas ten Caate en Gerrit Kosters Gerritsz als voogden over de
    nagelatene minderjarige kinderen van wijlen Harmen Kosters te doen niet alleen gerechtelijk schuldbekentenissen van zodane penningen, als zij compten aan voorst dezelven crediteuren in het gemeen en elk van dezelfe in het bijzonder, zo wegens ...
    gepasseerde obligatien, als daarbij nog nader verstrekte penningen en op dat dezes aan dezelve op 't nieuwe verkochte en afgeleverde linnens, oprecht schulding te zijn, en bij elker name nader geexpriueerd en uitgedrukt staat, namelijk aan:
    - Jan Kosters Egbertz en de comp wegens een anterieure obligatie en nader verstrekte penn 509 guldens en 10 stuivers, wegens op dato verkochte linnen 809 guldens. Tezamen 1318 guldens en 10 stuivers;
    - etc, etc.
    Comparanten stellen hypotheek met onderpand op:
    1e 4 akkers landes opvaart (?) met daarop staande behuizing en de gordens, naast de langerijen van Harmen Lucas Fik oostwaarts, Oude Geerdinkmansland, westwaarts;
    2e een akker woestenland, naast het land van Timmerman Smit ter ener, en de wedw Jan ten Brink ter anderen zijde;
    3e nog een hoeven akker westert in de woeste naast dat van de armen aan de oostzijde;
    4e 1,5 akker turfland op de Hoeve, naast dat van Wolter Schippers en Engbert Timmerman gelegen;
    5e 6 dagwerk hooiland, zijnde een halfscheid van de Deele, waarvan de wedere helft toebehoren aan Jannes Freriks en Frerick Lubbers, en laatstelijk;
    6e 3 dagwerk hooiland in de Steege, naast Jonckers Mate (?) zijn Excell den Heer van Almelo toebehorende. [T0079_INV6_p161]

    1761-09-26: Procurator Jan Fredrik Hein in kwaliteit als volmachtigen van Jan Freriks en zijn vrouw Cunnetjen Gerritsen Faijer, etc, etc. Comparanten stellen hypotheek met onderpand op 4 akkers land opgaans, met daarop staande huis en timmeragie,
    naast de landerijen van Harmen Lukas Fick oostwaarts en westwaarts Geerlinkmansland, een akker woestenland, naast het land van Timmerman Smit ter ener, en de wedw Jan Brink ter anderen zijde, nog een halve akker westert in de woeste, naast dat
    van de armen aan de oostzijde, 1,5 akker turfland op de Hoeve, naast dat van Wolter Schipper en Engbert Timmerman, 6 dagwerk hooiland, zijnde de halfscheid van de deele, waarvan de weder helft toebehoort aan Jannes Freriks en Frerick Lubbers, en
    dan nog 3 dagwerken hooiland in de Steege, naast Jonkers Milate (?). Kantlijn akte: Jan ten Caate cs bekende dat aan hem de penningen met Jan freriks voldaan en betaald zijn en waarmee de akte wordt doorgehaald op 21 juli 1769. [T0079_INV6_p166]

    1763-02-03: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnurtjen Gerrits Faijer, welke verklaarden wegens ontvangen penningen schuldig te zijn aan Gerhardus Harwig en zijn vrouw Janna Brkhoff en aan deszelfs zus Hindrikjen Barkhoff een som van 100 guldens.
    Comparanten stellen hypotheek met onderpand op een akker turfland, gelegen op de Superplus, onverscheiden met Hindrik Smelt, gelimiteerd oostwaarts dezelve en westwaarts Jan Barkhoff. Kantlijn akte: Gerigte gehouden op 10 januari 1778,
    compareerden Weled Ger Gerhardus Harwig en zijn vrouw Janna Berkhoff, welke verklaarden de penningen met interest van Jan Freriksen te hebben ontvangen, zo wordt de akker turfland weder ten prfijte van de eigenen (?) los gelaten en deze
    verzegelinge geroyeerd en vernietigd, actum 10 januari 1778. [T0079_INV6_p233]

    1764-07-21: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnera Gerritsen Faijer, welke verklaarden op 4 april 1764 verkocht te hebben 2 wanden roede maat bouwland op het westere stuk, aanvang nemende van het Buijtere land (?) of aan en dat bovenwaarts in, in de
    verkopers landerijen gelegen, ten profijte van Gerrijt Jansen Dudde en zijn vrouw, voor een som van 90 guldens en 11 stuivers. [T0079_INV6_p337]

    1764-07-21: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnera Gerritsen Faijer, welke verklaarden op 4 april 1764 verkocht te hebben 2 wanden roede maat bouwland op het westere stuk, in de verkopers landerijen gelegen, ten profijte van Lambert Nijboer en zijn
    vrouw, voor een som van 101 guldens en een stuiver. [T0079_INV6_p339]

    1764-07-21: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnera Gerritsen Faijer, welke verklaarden op 4 april 1764 verkocht te hebben 4 wanden roede maat bouwland op het westere stuk, in de verkopers landerijen gelegen, ten profijte van Hindrik Berens Smelt en
    zijn vrouw, voor een som van 177 guldens en 11 stuivers. [T0079_INV6_p340]

    1764-07-21: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnera Gerritsen Faijer, welke verklaarden op 4 april 1764 verkocht te hebben 2 wanden roede maat bouwland op het westere stuk in de verkopers landerijen gelegen, ten profijte van Hindrik Laahuis en zijn
    vrouw, voor een som van 90 guldens en 11 stuivers. [T0079_INV6_p342]

    1764-07-21: Jan Freriks en zijn vrouw Cunnera Gerritsen Faijer, welke verklaarden wegens verstrekte penningen aan de Ed Jan ten Caate, cs, schuldig te zijn aan Harmen Fick en Jannes Freriks een som van 549 guldens en 12 stuivers, en aan Ad Henr
    Bartelink als bij provincie aangestelde voogd over de onmondige kinderen van Jan Freriks de som van 251 guldens, dus samen een som van 800 guldens en 12 stuivers. Comparanten stellen hypotheek met onderpand op 4 akkers lands opgaans, met daarop
    staande huis en timmeragie, exempt 10 wanden roede maat bouwland, op het westere stuk gelegen, zo bereets (?) op 4 april 1764 gerechtelijk hadden verkocht, gelimiteerd oostwaarts Harmen Fick, westwaarts Geerlinkmansland. [T0079_INV6_p344]

    1764-11-24: Hoe dat Jan Costers Egbertzoon op 19 februari 1764 gerechtelijk bij execuitie verkochte goederen en effecten toebehoord hebbende Jan Freriks en zijn vrouw Kunnera Faijer, hebben aan zich gekocht een halve akker woestenland,
    onverscheiden met Harmen Fick voor een som van 115 guldens en 11 stuivers, een een akker turfland in de Greften gelegen, beginnende van de Olden Schipsloot hen buiten voor een som van 12 guldens en 11 stuivers. [T0079_INV6_p371]

    Woonde te Vriezenveen (16-05-1745, 26-03-1747, 27-08-1748, 31-05-1749, 19-09-1751, 02-09-1753, 31-10-1756, 04-10-1759, 24-01-1762).

    Overleden:
    Overleden voor ten minste 19 jaar in 1824.

    Kinderen:
    1. Jennegjen Jansen is gedoopt op 16 mei 1745 in Vriezenveen; is gestorven op 11 sep 1810 in Vriezenveen.
    2. Gerrit Evertman is gedoopt op 26 mrt 1747 in Vriezenveen; is gestorven op 08 jun 1818 in Vriezenveen, Vriezenveen.
    3. Fredrika Jansen is gedoopt op 31 mei 1749 in Vriezenveen; is gestorven op 07 sep 1834 in Vriezenveen, Vriezenveen.
    4. 7. Hendrika Fredriks is gedoopt op 19 sep 1751 in Vriezenveen; is gestorven op 12 mrt 1833 in Vriezenveen, Vriezenveen.
    5. Fredrik Jansen is gedoopt op 02 sep 1753 in Vriezenveen; is gestorven op 11 aug 1823 in Vriezenveen, Vriezenveen.
    6. Jan Jansen is gedoopt op 31 okt 1756 in Vriezenveen.
    7. Jasper Fredriks is gedoopt op 04 okt 1759 in Vriezenveen; is gestorven in dec 1800 in Vriezenveen.
    8. Hendrik Jansen is gedoopt op 24 jan 1762 in Vriezenveen.